Beperkt houdbaar: winkelcentra van vroeger
Na de oorlog verrezen in hoog tempo nieuwe, moderne woonwijken in Nederland. Veel van die wijken werden bekroond met een uit Amerika overgewaaid concept: het winkelcentrum.
Daar ging je heen voor de dagelijkse boodschappen, maar ook om etalages te bekijken of een kopje koffie te drinken. De auto kon je vlakbij – soms zelfs bovenop – het winkelcentrum parkeren. Deze nieuwe winkelcentra werden vaak trots afgebeeld op een ansichtkaart.
Omdat alle winkels nu vlak bij elkaar waren gevestigd, werd het belangrijk om je als winkelier te onderscheiden van de buurman. Maar in een winkelcentrum waar alle gevels er hetzelfde uit zien, bleek dat nog best een uitdaging.
Gelukkig was daar architect Rein Fledderus. Hij schreef in 1959 het handboek Over Winkels, vol met praktische tips voor de moderne winkelier.
Ruim 60 jaar later zijn we zijn boek helemaal vergeten en sturen we elkaar geen ansichtkaarten meer. Maar de winkelcentra staan er nog steeds. Dat wat ooit de kroon op de wijk moest zijn, is nu verworden tot een voetnoot van de omringende hoogbouw.
Kijk ik door de bril van vroeger, dan zie ik een hoopvolle en maakbare omgeving. Maar zet ik die bril af, dan zie ik inwisselbare plekken, gerenoveerd met inferieur materiaal. Dat wat architecten en stedenbouwkundigen hebben achtergelaten, blijkt beperkt houdbaar.